Brief aan een eerstejaars theologie (en dus aan mijzelf)

Het is nu maandagochtend. Het schooljaar is overal weer begonnen. Dat betekent: een nieuwe lichting theologiestudenten! Ik heet hen hier graag even welkom en ze krijgen gelijk wat extragratis broederlijke adviezen mee.

Brief aan een eerstejaars theologiestudent

Lieve eerstejaars,

‘De velden zijn rijp voor de oogst, maar er zijn te weinig arbeiders’, verzuchtte Jezus al eens. Genoeg te doen voor het geloof, maar mijn hemel, wat wordt het door weinig mensen goed aangepakt. Dat is het doel van een goede theologiestudent: uiteindelijk met goed gereedschap vruchtbaar ploegen op een akker waar je oneindig kunt blijven oogsten (kaf én koren, dat wel).

Sommigen onder jouw medestudenten – en zeker ook docenten – zullen het anders zien. Die zien in Nederland 2016 geen vruchtbare akker, maar een woest en ledig stuk seculiere droogte waar nog één steeds kleiner wordend christelijk bloemperkje staat.

Laat hen met rust in hun klein hoekje – in het spoor van Jezus moet je niet de zelfgenoegzame pessimisten opzoeken, maar juist die plekken waar God tegen beter weten in maar blijft zaaien. Dan kan er plotseling een ongedachte exotische bloemsoort opschieten, en daar wil je bij zijn.

Heeft Nederland nog wel iets met God?

Jazeker, de velden zijn rijp. Als online vertegenwoordiger van het geloof ervaar ik het dagelijks: Nederland staat langzaam maar zeker weer open voor het gesprek over God. De generatie na de babyboomers heeft geen kerkelijk trauma meer. Aloude misstanden in de kerk worden steeds vaker door christenen zelf aangekaart. Militant atheïsme is een marginale hobby van gymnasiumjongetjes.

De rest vraagt mij op verjaardagen zonder bitterheid of wantrouwen naar mijn vak. Benieuwd of het christelijke verhaal een spirituele verrijking kan zijn naast de reis naar Nepal, de mindfulness-cursus en Paolo Coelho. De illusie van onbegrensde economische groei en bestendige wereldvrede is allang vervlogen, van de kerk gaat allang geen reële dreiging meer uit – de wezenlijke vragen mogen weer openlijk worden gesteld. Ook aan een christentheoloog.

Duik in het leven

Dat is het meest spannende aan jouw studie: je begint er misschien aan uit liefde voor de kerk, maar jouw werkgebied wordt de hele maatschappij. Zorg dat je diep vertrouwd bent met die maatschappij. Kijk films, lees kranten en romans, doe commercieel werk om je studentenleven te bekostigen – trek je niet te vroeg terug in bijbelstudie en een kerkelijk leven, maar sta middenin het leven.

Als je, zoals ik, in de late tienertijd aan deze studie bent begonnen is dat sowieso onvermijdelijk. Karaktervorming, de coming of age vormt samen met de studie die op levensvragen is gericht voor een explosieve emotionele cocktail. Duik daar vol in, in die existentiële levenservaring. De afgrond is vaak de ultieme groeigrond voor een ontkiemende theoloog.

Daarbij is het onvermijdelijk dat je sterft aan jezelf. Zoals een zaadje in de grond – het is niet voor niets dat de bijbel zo graag met die agrarische metaforen werkt. Wie zijn leven verliest zal het behouden… Als je deze studie met de juiste instelling volgt, zul je sterven aan véél meer opvattingen, geloofsbelevingen en dogma’s dan je lief is.

De onvermijdelijke geloofscrisis…

Duik ook daar vol in. Wees niet bang – de grond waarin je sterft geeft al duizenden jaren nieuwe vrucht en zal ook deze eeuw weer geen woestijn blijken te zijn. Jouw onvermijdelijke geloofscrisis is een avontuur. En was er ooit iets episch zonder dat er diepe pijn bij kwam kijken?

Zoals we sommige van jouw medestudenten aan de kerk zullen verliezen, zo zullen we sommige medestudenten ook aan de geloofscrisis verliezen. Zij zien het geloof waarmee ze begonnen afgebroken worden en zien geen andere weg vooruit dan een carrièreswitch. Zo heb ik studiegenoten psycholoog, historicus en jurist zien worden.

Wees niet bang!

Houd jij het wel vol, wees dan trots. Trots op wat er is gaan bloeien op de plek waar het geloof van je kindertijd is gestorven. Trots dat je in een oeroude traditie mag staan en dat jij het voorrecht hebt, oude woorden aan nieuwe wegen te koppelen (en andersom). Trots op het verhaal van liefde, hoop, geloof dat je ook in de huidige westerse cultuur mag vertegenwoordigen, mag dragen en op de gekste plekken mag zaaien – en God zegene de greep.

Ik hoop dat jullie moedig zullen zijn, ik hoop dat jullie onstuitbaar zullen zijn, ik hoop dat jullie creatief zullen zijn, ik hoop dat jullie vrolijk zullen zijn – en nogmaals, wees voor de duvel niet bang.

Want de velden zijn rijp, en ik heb zin in een nieuwe lichting goeie collega’s.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *