Vrijheid van godsdienst? Drie problemen…

Ieder heeft het recht zijn godsdienst of levensovertuiging,
individueel of in gemeenschap met anderen, vrij te belijden,
behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.

Dat staat in onze grondwet. Nu is de grote spanning natuurlijk, de verhouding tussen de ‘behoudens’ aan het eind en het recht en de vrijheid aan het begin van het artikel. In De Nieuwe Wereld discussieerden Nadia Bouras en Tom Mikkers onder leiding van Colet van der Ven over een eventueel verbod op het salafisme (terugkijken: rond minuut 19).
Ik zette zelf ook drie losse flodders over de godsdienstvrijheid op ’n rijtje. 

1. Het recht zegt in zichzelf niet veel

Het begint zo lief, want hé, we mogen vrij onze godsdienst of levensovertuiging belijden, whatever that may be – ik gok op onschuldige dingen als paarse schmink met Holi, brood breken met Avondmaal, richting Mekka knielen et cetera.

Dat mag dus allemaal. Maar dan staat er ‘behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet’, en daarmee halen we alweer een heel stuk vrolijke vrijheid uit dit grondwettelijke artikel (en dat is maar goed ook). In feite zegt het artikel nu juridisch gezien weinig anders dan: doe wat je wilt, als je de wet maar niet overtreedt.

Dat gold echter al in ons land – dat het er expliciet bijstaat over gelovigen zal een historische reden hebben en zal bedoeld zijn als nadruk – wij discrimineren niet op basis van geloof – veel nieuws heeft ’t artikel met dit voorbehoud echter niet te bieden – of mis ik iets?

2. In de praktijk werkt het soms positief discriminerend

Jawel, ik mis iets – er worden namelijk wel degelijk uitzonderingen gemaakt ten gunste van gelovigen. De overheid doet van alles om alcoholgebruik onder de achttien jaar zwaar te ontmoedigen, maar in de kerk komen we nog weg met Avondmaalswijn voor christelijke kinderen. Piercings zijn verboden onder de twaalf, maar de voorhuid van jongetjes (of ze nou acht dagen of dertien jaar zijn) mogen we er vrolijk afhakken. Bepaalde verzekeringen zijn verplicht in Nederland, tenzij je gelooft dat de HEERE als een Vader voor je zal zorgen, en verzekeringen zondige hoogmoed zijn.

Het lijkt er dus op, dat je in bepaalde situaties bevoordeeld wordt als gelovige. Religie als joker waardoor je bepaalde wetten, die voor anderen wel gelden, mag negeren.

In de uitzending stipt Tom Mikkers iets vergelijkbaars aan: religieuze organisaties kunnen in veel gevallen aanspraak maken op subsidie of de ANBI-status waardoor er financieel voordeel is. Maar wat als kerken homo’s discrimineren? Nu staat het belastingvoordeel dat Tom Mikkers noemt wel een beetje los van het Grondwetsartikel, maar rijst in dit soort voorbeelden wel de vraag: is de overheid niet een beetje in de eigen vingers aan ’t snijden door religie op diverse manieren te ondersteunen?

3. De handhaving van het grondrecht is discriminerend

Politici die (bepaalde stromingen van) de islam willen uitbannen, spreken graag van een ideologie in plaats van een religie, om discussies over de grondwettelijke godsdienstvrijheid te omzeilen. Dat legt een heel relevant probleem aan het grondwetsartikel bloot, want: wie bepaalt of iets religie is, of cultuur of ideologie of politiek? Welnu, er is geen hond die dat kan bepalen, dus degene met de grootste mond of macht komt met ’t antwoord weg.

In de praktijk werkt het vaak zo: de vormen van religie waar we al een tijdje aan gewend zijn, krijgen wat extra rechten. Alles wat nieuw is of van ver komt, wordt met wat argwaan bekeken. Nieuw heidendom wil graag dingen met drugs en rituele zwaarden doen, de pastafarians proberen met hun parodie-religie dezelfde rechten te krijgen als christenen en sommige islamtische vrouwen vinden dat zij een boerka moeten dragen. Allemaal nieuw, dus allemaal verboden.

Intussen komen zware gereformeerden weg met heel discriminerende meningen over vrouwen, homo’s, verzekeringen, inentingen. Komen joden weg met het verminken van babyjongetjes omdat hun woestijngod dit eeuwen voor Christus van hen zou hebben geëist. Mogen basisscholen het creationisme doceren. Waarom? Omdat Nederland die vormen van religie historisch nu eenmaal gewend is.

Slot: drie aanbevelingen

  1. Wie het salafisme als stroming wil verbieden, moet consequent zijn en ook naar andere stromingen kijken, die minder ‘nieuw’ zijn voor Hollandse begrippen. Anders is het ordinaire xenofobie.
  2. Misschien is het ANBI-systeem waar Tom Mikkers op doelde, sowieso aan een update toe, omdat het begrip ‘Algemeen Nut Beogend’ iets te rekbaar is.
  3. Geweld, onderdrukking en het aanzetten tot die dingen is allang strafbaar. De godsdienstvrijheid is juridisch gezien helemaal geen vrijbrief voor criminaliteit, want die vrijheid is behoudens ieders verantwoordelijkheid voor de wet. Wie kerken, sekten of stromingen wil verbieden, moet dus oppassen geen zinloze symboolpolitiek te bedrijven.

—————————————————————————————–

homo kerk

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *